Uitzettingsvoegen: beter een te veel, dan te weinig!

Buiten: 

• Van zodra het oppervlak van het terras groter is dan 35 m² moeten er uitzettingsvoegen geplaatst worden.
• Terras zonder blootstelling aan de zon: de afstand tussen de uitzettingsvoegen mag niet meer dan 8 lm zijn
• Terras blootgesteld aan de zon: de afstand tussen de uitzettingsvoegen mag niet meer dan 5 lm zijn

Binnen:

• Van zodra het oppervlak groter is dan 50 m² of de afstand meer dan 8 lm bedraagt, moet u een uitzettingsvoeg voorzien dwars door het zandbed (of dekvloer) en de legmortel.
• Aan de kimnaad (de aansluiting tussen vloer en muur) voorziet u ook een uitzettingsvoeg.

Uitzettingsvoegen en vloerverwarming

Wie tegelt boven vloerverwarming, kan niet om uitzetvoegen heen. Uitzetvoegen zijn erg belangrijk. Want een vloer met vloerverwarming 'leeft'. Door de temperatuurverschillen kunnen de leidingen van het verwarmingssysteem en de betonnen ondervloer uitzetten en krimpen. Randisolatie vangt deze werking zijdelings op. Samen met uitzetvoegen voorkomt dit barsten in je vloer. Zonder uitzetvoegen ben je nooit zeker dat de vloer niet gaat barsten.

Bij vloerverwarming mag de oppervlakte niet groter zijn dan 36 m² en de afstand tussen de uitzettingsvoegen niet meer dan 6 lm. Je hebt er beter een te veel, dan te weinig!

Tussen smallere muuropeningen - zoals onder deuren - en ruimtes met een L-vorm

• Tussen smallere muuropeningen - zoals onder deuren - en ruimtes met een L-vorm zijn uitzettingsvoegen cruciaal. Meestal komen de uitzetvoegen inderdaad aan de deuropeningen, zodat ze nauwelijks zichtbaar zijn.
• Voeg de aansluiting tussen plint en vloer niet op. Die wordt gescheiden door een profiel of elastische kit.
• De voegbreedte van de uitzettingsvoeg moet minimaal 6 mm bedragen.
• De uitzettingsvoegen moeten verplicht doorgetrokken worden tot in de dekvloer. Zij worden gevuld met een samendrukbaar materiaal en afgedekt met een buigzame voeg.

Verschillende mogelijkheden om uitzettingsvoegen te maken

Om uw uitzettingsvoeg te maken, zijn er verschillende mogelijkheden:

1. Uitzettingsprofielen

Bij uitzettingsprofielen hebben we verschillende mogelijkheden. Er bestaan bewegingsprofielen voor in het mortelbed gelegde vloeren en uitzettingsprofielen die op een bestaande chape worden verlijmd.

2. Silliconevoeg

Een andere mogelijkheid is uw uitzettingsvoeg nadien opkitten met silicone. Let wel op dat voor het opspuiten van uw siliconevoeg de ondergrond goed gereinigd en voldoende uitgedroogd is. Om de ondergrond goed te reinigen gebruikt u best aangepaste producten.

Functie van elastische voeg

• Een opening tussen 2 bouwdelen die de beide bouwdelen toelaat zelfstandig te kunnen bewegen.
• Het opvangen van trillingen, doorbuiging door windbelasting en uitzetting en inkrimping van de bouwmaterialen.
• Drievoudige isolerende werking: akoestische isolatie, vochtinstallatie en temperatuurisolatie
• Vuil- en schimmelwerend.

Soorten voegkits

De juiste keuze van de elastische voeg bevorderd levensduur en kwaliteit.

• Siliconen type Weberseal S voor keramische tegels en sanitair of Ottoseal S70 voor Natuursteen.
• Bij poreuze ondergronden (afkitten van acrylbad of acryldoucheplaat) steeds eerst een primer aanbrengen: Otto X-PR1215 primer voor beton/zuigende ondergronden. Otto X-PR1217 primer voor acrylbaden/kunststof.
• Gebruik altijd een kleuren siliconen die overeenstemt met de kleur van uw tegelvoeg.
• Een verschillende kleur van tegel vloer en tegel wand? Neem steeds de donkerste kleur voor de siliconen.

TIP: Vooraleer u de sillicone gaat aanbrengen zeept u best uw handen in en gebruikt u een plastieken spatel voor de afwerking.

Waar en wanneer siliconen gebruiken?

• Alle hoeken < of = 180°
• Uitzettingsvoegen
• Vloervlakken binnen max 40m² - buiten max 30m²
• Bij temperaturen van MAX 40°C, niet bij nat weer of vorst aanbrengen

Voegvulling

• Diepe voeg: Opvullen met voegvulling zoals PU-rondschuim of PE-rondschuim
• Ondiepe voeg: PE-schuimband of PE-folie

Onderhoud siliconenvoegen

Ook de soepele voegen in de betegeling dienen regelmatig gecontroleerd - en eventueel onderhouden of vervangen - te worden. Deze controle bestaat uit een visueel onderzoek van het oppervlak van de siliconenvoeg en een nazicht van de hechting aan de ondergrond:

• Een eerste controle gebeurt één jaar na de uitvoering van de siliconenvoeg en vervolgens om de 3 jaar.
• De silliconenvoegen in de badkamer controleert men best elk jaar.
• Bij soepele voegen die een waterdichting moeten garanderen (bv. aan de aansluiting tussen een wand, die blootgesteld is aan besproeiing met water, en een sanitair toestel) is een jaarlijkse controle aangewezen. De beschadigde delen dienen vervangen te worden.

Wie bepaalt de uitzetvoegen?

• Als de tegels op een chape worden verlijmd, moet de chapper de zetvoegen plaatsen. Daarop werkt de vloerder dan verder.
• Liggen de tegels op een zand- en cement bed? Dan moet de plaatser de voegen zelf maken. Meestal duidt de architect aan waar ze komen. De vloerverwarmingsspecialist zorgt standaard voor een legplan waarop de uitzetvoegen zijn aangeduid.